Daltonhandboek Het Kompas
Dalton ankerpunten:
1. In het Daltononderwijs zien we de leerling als de ondernemende zelfstandige die het schoolwerk als taak aanneemt en zich eigen maakt.
2. In het Daltononderwijs krijgt de leerling de gelegenheid om in eigen tempo, op eigen wijze en in eigen volgorde een taak te verwerken waarin een hoeveelheid (deels door de leerling zelf gekozen) onderwijsactiviteiten over een bepaalde tijdsperiode staan gepland.
3. In het Daltononderwijs wordt de leerling uitgedaagd en krijgt het de gelegenheid zich te oefenen in het plannen, organiseren, regisseren, reflecteren en initiatief nemen.
4. In het Daltononderwijs krijgen leerlingen de gelegenheid met elkaar te werken. Dit bevordert de socialiteit en groepsinteractie.
5. In het Daltononderwijs krijgt de leerling waar nodig passende begeleiding en hulp van de leerkracht om zich nieuwe vaardigheden eigen te maken met het doel zijn taak te kunnen volbrengen.
6. In het Daltononderwijs gaat de leerkracht uit van de mogelijkheden van zijn leerlingen en is hij/ zij erop gericht om de motivatie en het zelfvertrouwen van zijn leerlingen te vergroten.
7. In het Daltononderwijs vertrouwen we op de professionaliteit en betrokkenheid van leerkrachten en dat zij dit verder ontwikkelen en met reflexiviteit praktiseren.
8. In het Daltononderwijs is de leerkracht in staat om het beste uit de samenwerking met zijn collega’s te halen met het doel om samen het onderwijsaanbod te verbeteren en daardoor de school te profileren.
9. Het onderwijs op een daltonschool is door een efficiënte inrichting van tijd, ruimte en middelen doelmatig.
10. Het onderwijs op een daltonschool is door bezinning en reflectie doordacht.
11. Het onderwijs op een daltonschool is didactisch open en geeft ook ruimte aan andere inzichten en werkvormen die de leerlingen in staat stellen hun taak te volbrengen.
BORGING
Het Daltononderwijs wordt geborgd door zelfevaluatie en visitatie.
Hoe is het Daltononderwijs georganiseerd op Het Kompas ?
Klassenmanagement
Dagkleuren
Dagritmepakket
Huishoudelijk takenbord
Taakbrief
Kieskast
Uitgestelde aandacht (Stoplicht)
Planbord
Maatjes
Komkaartjes/ Komregels/ pionnen
Dagkleuren
De dagkleuren worden gebruikt als communicatiemiddel.
In de groepen 1 en 2 worden de dagkleuren gebruikt op het planbord.
In de groepen 3 tot en met 8 worden de dagkleuren gebruikt op de taakbrief.
De dagkleuren liggen vast en hangen duidelijk zichtbaar in het lokaal.
Maandag
|
rood
|
Dinsdag
|
blauw
|
Woensdag
|
groen
|
Donderdag
|
geel
|
Vrijdag
|
oranje
|
In de onderbouw worden de dagkleuren structureel met de kinderen doorgenomen. Ook kinderen die in een hogere groep instromen worden vertrouwd gemaakt met de dagkleuren.
Dagritmepakket
De kleutergroepen gebruiken het dagritmepakket. Het pakket bestaat uit een serie kaarten met daarop een tekening van de verschillende activiteiten in de groep.
Met behulp van deze kaarten maak je de dagindeling overzichtelijk. Door de opeenvolging van activiteiten te visualiseren raken de kinderen vertrouwd met de dagindeling en de verschillende onderdelen waaruit een dag is opgebouwd.
Het geeft vooral de jongste kleuters een gevoel van veiligheid en rust.
Het gebruik van deze kaarten is een onderdeel van het klassenmanagement en maakt het mogelijk om kinderen op een eenvoudige manier te betrekken bij de organisatie en hen mede verantwoordelijk te laten voelen voor het proces.
Het dagritmepakket is naast de dagkleuren ook één van de middelen kinderen in een vroeg stadium te laten oefenen in het opbouwen van een taakbewuste houding.
We gebruiken de volgende kaarten:
Kring
Speelwerktijd
Eten en drinken
Bewegingsonderwijs
Pauze
Muziek
Spelletjes
Jas pakken (naar huis)
Huishoudelijk taakbord
Huishoudelijk werk wordt kinderen gegeven om de verantwoordelijkheden te versterken die ze aankunnen. In de groep spreken we over taken en klassendienst.
Deze weekdienst staat vermeld op een taakbord dat in elke groep te vinden is.
In onderling overleg worden de taken verdeeld.
In de kleutergroep wordt de taak elke week door twee kinderen vervuld, die ook naast de juf mogen plaatsnemen. Het is belangrijk dat de inhoud van de taak regelmatig aan de orde komt. Samenwerken tussen oudste en jongste kleuters is van belang om elkaar te leren de taak goed uit te voeren.
Taken o.a.:
Uitdelen van materialen
Tafels en stoelen rechtzetten
Vegen
Plantjes water geven
Kasten netjes houden
Lichten aan en uitdoen
Andere taken worden in de groep besproken bijvoorbeeld vissen verzorgen of papierbakken legen e.d.
Soms kunnen handelingswijzers de aanpak begeleiden.
Planbord
In de kleutergroep hangt een planbord met de namen van de kinderen en de werkjes van die week.
Het aangaan van een taak kan op 2 manieren:
De kinderen kiezen, gedurende de dag, een pion in de kleur van de dag en plaatsen die bij de gekozen activiteit. Daarna gaan ze aan het werk.
De kinderen kiezen, aan het eind van de middag, een pion in de kleur van de dag en plaatsen die bij de gekozen activiteit. Zo kunnen ze de andere dag meteen aan de door hen gekozen taak.
Zo is voor zowel de kinderen als de leerkracht eenvoudig te zien welke taken er door het kind zijn gedaan of gedaan moeten worden. De leerkracht bepaalt welke activiteiten er in een week plaats vinden. Er wordt gezorgd voor voldoende afwisseling in activiteiten.
Taakbrief
In groep 3 wordt gestart met de taakbrief. Op de taakbrief staan de taken van dag (nog met symbolen). Voorbeelden van taken zijn: rekenen, taal, spelling, Kieskast enzovoorts. Hebben de kinderen een taak af dan kleuren ze hetbijpassende hokje af, met de kleur van de dag. De instructiemomenten zijn duidelijk aangegeven d.m.v. een gevarendriehoek. Dit betekent dat de kinderen, die instructie nodig hebben, op instructie moeten wachten.
Langzaam worden de taken verder uitgebreid naar een weektaak in groep 4. Alle groepen hebben een weektaak: de groepen 3 en 4 bespreken per dag wat er moet gebeuren. Groep 5,6 en 7 leren we het plannen van hun weektaak. Groep 8 plant zelf de week.
We proberen in ieder geval een keer in de twee weken de kinderen allemaal individueel gesproken te hebben over het aangaan van de taak en het evalueren van het werk.
De taakbrieven worden, van vakantie tot vakantie, bewaard in een map.
Kieskast
Per week is er een vast moment waarop de kinderen met opdrachten uit de Kieskast werken. De kinderen werken maximaal 30 minuten aan een opdracht.
Er zijn maximaal 10 keuzetaken. De opdrachten varieeren van vakantie tot vakantie.
De kinderen tekenen hun opdracht af op de aftekenlijst die bij de Kieskast hoort.
We stimuleren de kinderen om niet steeds hetzelfde te kiezen.
Uitgestelde aandacht
In iedere groep werken we met het principe van uitgestelde aandacht.
Door middel van een stoplicht in de groep weten de kinderen wanneer ze een leerkracht niets kunnen vragen.
Stoplicht rood: leerkracht is bezet
Stoplicht oranje: leerkracht komt naar je toe
Stoplicht groen: Kinderen mogen naar de leerkracht komen
Naast het stoplicht hangt een volumemeter. Aan de hand van deze meter wordt het geluidsniveau bepaald.
Vraagtekenkaartjes/ blokjes
Tijdens het werken in de klas kunnen de kinderen een vraagtekenkaartje/ blokje neerleggen. De leerkracht weet dan dat het kind een vraag heeft. Tijdens het oranje stoplicht loopt de leerkracht rond om de vragen te beantwoorden.
Maatjes
Ieder kind is maatje met een ander kind. Deze maatjes hangen zichtbaar d.m.v. foto’s op het white bord.
Je werkt met je maatje aan bepaalde opdrachten zoals het maatjesdictee.
De maatjes wisselen iedere twee weken. Afwisselend kiest de leerkracht of de kinderen de maatjes.
Komregels
In de Kom (gemeenschapsruimte) is het van 8.30 uur tot 9.30 uur stiltetijd.
Van 9.30 uur – 10.30 uur mag er in grotere groepen worden gewerkt. Het werken moet wel rustig verlopen.
Komkaartjes
Alle kinderen hebben twee komkaartjes. Hierop staat hun naam. Zodra ze in de Kom gaan werken leggen ze een voorwerp (iedere klas heeft een aantal voorwerpen) op tafel als symbool voor hun afwezigheid naar de Kom. Ze nemen 1 van hun 2 komkaartjes mee. Wanneer de kinderen niet naar behoren werken in de Kom, mag elke leerkracht een komkaartje afpakken en het kind terugsturen naar de klas. Het kaartje komt op het bord te hangen en het kind mag de dag niet meer in de Kom. Wanneer er in 1 week nog een komkaartje wordt afgepakt, mogen ze die week niet meer in de Kom. Gebeurt dit vaker, kunnen leerkrachten kinderen een langere periode de toegang tot de Kom ontzeggen.
Zelfstandig werken
We leren de kinderen omgaan met uitgestelde aandacht. Er wordt gewerkt met het stoplicht. De leerling draagt zelf verantwoordelijkheid voor de manier waarop hij/zij studeert en zijn taken indeelt.
Samenwerken
De onderbouw legt de basis voor het samenwerken. Daarbij ligt de nadruk op pedagogisch samenwerken. In de bovenbouw ligt de nadruk op didactisch samenwerken.
We trainen het samenwerken d.m.v.:
Maatjesleren
Tutorlezen
1 keer per week een samenwerkingsopdracht op het rooster
Klassendoorbrekend werken
Op Het Kompas werken we met een twee ledig lesprogramma. In de ochtend krijgen alle kinderen het onderwijs wat ze nodig hebben, ieder in hun eigen klas en op hun eigen niveau. In de middag wordt er klassendoorbrekend gewerkt met bv. Tutorlezen en in de Ateliers.
Tutorlezen
Een keer per week wordt er door de gehele school heen tutor gelezen. We doen dit door 2 kinderen met elkaar te laten samen lezen.
De kinderen van groep 1 en 2 worden voorgelezen en begin groep 3 maakt gebruik van de samenleesboeken.
Daarna wordt er afhankelijk van het niveau aandacht geschonken aan tempo lezen, intonatie, woordenschat en begrijpend lezen.
Er wordt drie keer per schooljaar van tutor gewisseld waarna het hele proces weer opnieuw begint.
De tutoren leren, voorafgaand aan iedere leesperiode, hoe zij een ander kind kunnen begeleiden bij het lezen.
Doelstellingen van het tutorlezen:
De eerste doelstelling is het bevorderen van de goede relaties tussen kinderen, het (leren) samenwerken van kinderen, het opbouwen van vriendschappelijke relaties en het aandacht besteden aan het sociale klimaat op school. Een gevoel van veiligheid en verbondenheid blijkt ook een positief effect te hebben op de leerprestaties.
De tweede doelstelling is het stimuleren van het leesplezier en het verbeteren van de leesvaardigheid.
Ateliers
Elke dinsdagdagmiddag van 13.15 uur – 14.15 uur verschillende Ateliers waaruit kinderen kunnen kiezen
Boeiend aanbod aansluitend op interesse van het kind
3 weken hetzelfde atelieronderwerp
Verschillende leeftijden gemengd
Afsluiting met een voorstelling van een groep kinderen op de podiummiddag eventueel aangevuld met het Muziek Atelier
De groep die aan de beurt is voor de podiummiddag oefent gedurende de Atelier ronde o.l.v. de leerkracht aan hun voorstelling.
De podiummiddag begint om 13.45 uur en is om 14.15 uur afgelopen. Daarbij worden de ouders en andere belangstellenden van de groep die aan de beurt is, uitgenodigd.
De kinderen gaan als eerste zitten en 5 minuten voor tijd gaat de deur open en kunnen de ouders achter de kinderen plaats nemen.
Aan het eind van de voorstelling vragen wij de ouders als eerste naar buiten te gaan en daarna gaan de kinderen naar de klas.
Voorbeelden van Ateliers die worden aangeboden
Muziek
Drama
Crea
Techniek
Film maken
Koken
ICT
Knutselen
Schaken
Houtbewerken
Voorstelling podiummiddag
Uiteraard zijn andere ideeën van harte welkom.
H et Kompas daagt je uit
|