1.Klassikale inleiding: Hulpmiddelen om je te oriënteren
|
|
|
10 min.
|
|
|
|
powerpoint, beamer
|
|
|
|
|
Motivatie
Ik vertel aan de leerlingen dat we donderdag een oriëntatietocht gaan maken door het dorp maar dat we daarvoor nog enkele belangrijke zaken moeten leren. Dit gaan we bespreken in deze les.
Instructie
We gaan niet zomaar wandelen in het dorp want zo lopen we verloren. We gaan ons wegwijs maken in het dorp. Dus we gaan ons moeten oriënteren.
Richtvraag
Met welke hulpmiddelen zouden we ons kunnen oriënteren in het dorp?
(Kaart, kompas, de zon, windroos (op kerk), …)
Indien de leerlingen kaart of kompas antwoorden, projecteren we een foto hiervan en kunnen we dit verder bespreken.
Wat zie je allemaal op een kaart?
(straten, parken, stations, …)
Hoe ziet een kompas eruit?
(Er is een gekleurde naald en een windroos met windrichtingen.)
Instructie
Dit zijn allemaal goede voorbeelden, maar donderdag zullen we vooral werken met kaart en kompas.
|